En óf er alternatieven voor de Apple AirPods zijn. Dit zijn de beste Bluetooth oordoppen onder de 25 euro. Allemaal uit China - en allemaal uitstekend.
De beste oordoppen onder 25 euro - toppers uit China
De beste goedkope smartphones onder 200 euro: budget-toppers uit China
Als iemand die makers van apps begeleidt, koop ik regelmatig nieuwe smartphones om apps op te kunnen testen. Omdat ik niet de hoofdprijs kwijt wil zijn, zoek ik voortdurend naar toestellen die bovengemiddeld goed zijn voor het geld. En dan kom je al snel uit op China. Dit zijn de beste Chinese smartphones onder de 200 euro - en die bieden véél meer dan hun Westerse, Koreaanse en Japanse alternatieven.
Waarom een Chinese smartphone?
- Veel betere prijs-kwaliteitverhouding dan Westerse smartphones;
- Ingebouwde batterijen zijn groter
- Ingebouwde opslag is groter
- Schermen zijn beter, met betere kijkhoeken
- Nieuwere en veiligere versies van Android
- Makkelijk te bestellen op bijvoorbeeld GearBest en AliExpress
Waarop moet je letten bij een Chinese smartphone?
- Of ze alle 4G-banden hebben voor gebruik in Europa. Sommige versies van toestellen hebben dat wel, andere niet. In dit overzicht staan alleen links naar toestellen die alle 4G-banden hebben, tenzij anders aangegeven.
- Je hebt een kans dat er een importheffing over de prijs heen komt via de post - maar er zijn trucs voor om die te omzeilen (Google ze vooral. ;-)).
- Je moet het kaf van het koren scheiden. Er zit veel troep tussen. Maar niet in deze lijst. ;-)
In deze lijst heb ik gekeken naar toestellen die veel waar voor zijn geld bieden, een grote batterij hebben, uitsluitend goede reviews krijgen én bewezen betrouwbaar zijn. Dit zijn de beste goedkope smartphones onder 200 euro.
De beste goedkope smartphone onder €200: Xiaomi Mi A1
Prijs: 195-240 euro
De meeste Chinese Android-phones hebben dezelfde problemen als goedkopere toestellen van Samsung, LG, Motorola en andere merken: na een tijdje krijgen ze geen systeem- en veiligheidsupdates meer. Bij de Xiaomi Mi A1 zit dat echter goed. Deze telefoon van iPhone 7 Plus-formaat valt onder Google's officiële Android One-programma, wat betekent dat hij gegarandeerd drie jaar systeem- en veiligheidsupdates krijgt. Bovendien is de software puur: het is een uitgeklede, Nederlandstalige versie van Android zonder rommel en vertragende werking. Dankzij de Snapdragon 625-processor is de Mi A1 bovendien snel en batterijzuinig. Ik haal met gemak anderhalve dag batterij met de 3080 mAh-batterij en 6 uur intensief gebruik van de smartphone. De camera is niet geweldig, maar heeft wél een indrukwekkende portretstand.
Waarom de Xiaomi Mi A1 kopen?
- Pure versie van Android met drie jaar lang gegarandeerde updates
- Dual-lens camera voor mooie portretfoto's
- Batterij gaat langer dan een dag mee - 6+ uur actief gebruik
- Snapdragon 625-processor is snel en 'snappy'
- Fraaie materialen met dure uitstraling
- 64GB opslag, uitbreidbaar met SD-kaart
- Uitstekende geluidskwaliteit via de audiojack
- Xiaomi heeft al tijden een hoog en betrouwbaar productieniveau
- Werkt op 4G van alle Nederlandse providers
Xiaomi Mi A1 minpunten?
- Camera minder goed bij weinig licht en filmen
Dankzij de gegarandeerde updates, snelle processor, riante opslagcapaciteit en sterke batterij, is de Xiaomi Mi A1 een krachtige allrounder met veel voordelen ten opzichte van Europese alternatieven.
Xiaomi Mi A1 kopen (GearBest laagste prijs)
Beste smartphone onder €175: Xiaomi Redmi Note 4X
Prijs: 155-170 euro
De Xiaomi Redmi Note 4X is een absolute publieksfavoriet in China, India en Rusland en dat is geen wonder: betrouwbaarder en beter kan je een smartphone niet krijgen voor minder dan 150 euro - en dat terwijl het ook nog eens een 5,5 inch toestel is, van het formaat iPhone 7 Plus. De Note 4X heeft de snelle Snapdragon 625-processor en in deze prijscategorie 32GB opslagruimte, dat je kan uitbreiden met een SD-kaart. De telefoon reageert uitstekend op je input, maar het beste moet nog komen: de batterij is met 4100 mAh ijzersterk - tot wel 2 keer zo krachtig als Europese alternatieven. Hij hoeft simpelweg niet elke nacht aan de oplader.
Waarom de Xiaomi Redmi Note 4X kopen?
- Onverslaanbare prijs-kwaliteitverhouding
- Batterij gaat tot twee dagen mee - 10 uur actief gebruik!
- Snapdragon 625-processor maakt hem snel
- Uitgevoerd in fraai metallic
- 32GB opslag, uitbreidbaar met SD-kaart
- Xiaomi heeft al tijden een hoog en betrouwbaar productieniveau
- Werkt op 4G van alle Nederlandse providers
Xiaomi Redmi Note 4X minpunten?
- Camera houdt niet over
- Niet alle versies ondersteunen 4G-band B20; daarbij werkt 4G niet op T-Mobile en Tele2
Niet voor niets een publieksfavoriet in het oosten: de Xiaomi Redmi Note 4X is betrouwbaar, snel en heeft een geweldige batterij.
XIAOMI REDMI NOTE 4X KOPEN (Aliexpress LAAGSTE PRIJS)
Beste smartphone onder €125: Xiaomi Redmi 4X
Prijs: 112-132 euro
Liever het formaat van de iPhone 7 in plaats van de iPhone 7 Plus? Dan is de Redmi 4X beste keuze voor heel weinig geld. Net als bij de Note 4X houdt de camera niet over; die presteert eigenlijk alleen adequaat bij helder daglicht. Maar voor de rest biedt het toestel ongelooflijk veel waar voor zijn geld. Het toestel hoeft niet elke nacht aan de oplader dankzij de 4100 mAh-batterij, het toestel is bijzonder snel voor dit geld en ook het scherm is goed.
Waarom de Xiaomi Redmi 4X kopen?
- Onverslaanbare prijs-kwaliteitverhouding
- Batterij gaat tot twee dagen mee - 15 uur actief gebruik!
- Uitgevoerd in fraai metallic
- 32GB opslag, uitbreidbaar met SD-kaart
- Xiaomi heeft al tijden een hoog en betrouwbaar productieniveau
- Werkt op 4G van alle Nederlandse providers
Xiaomi Redmi 4X minpunten?
- Camera houdt niet over
- Zwarte versie duurder dan de goud-witte
In deze prijscategorie is het kwaliteitsverschil tussen het smartphone-aanbod in Nederlandse winkels en de Xiaomi Redmi 4X werkelijk onvoorstelbaar. Je doet geen consessies, maar krijgt écht een goede smartphone.
Xiaomi Redmi 4X kopen (GearBest LAAGSTE PRIJS)
Runner-up smartphone onder €125: Vernee Thor Plus
Prijs: 100-130 euro
Vernee is een van de nieuwste underdogs uit China, met toestellen die een stuk beter in elkaar geschroefd zijn dan die van andere onbekende merken. De Vernee Thor Plus is van het formaat iPhone 7 Plus, heeft een fantastisch scherm met levendige kleuren en een gigantische batterij waar je drie dagen mee moet kunnen halen. Bovendien zit er een batterij-verlengstand op. Je kiest drie apps die je nog wilt kunnen gebruiken, de rest van de processen wordt afgesloten en zo moet je nog uren vooruit kunnen. Waarom ik deze niet aanraad boven de Xiaomi Redmi Note 4X? De betrouwbaarheid op lange termijn moet hier nog worden bewezen.
Waarom de Vernee Thor Plus kopen?
- Meer dan twee dagen met een batterij - 15+ uur actief gebruik
- Helder en levendig scherm
- Batterij-verlengstand
- 32GB opslag, uitbreidbaar met SD-kaart
- Werkt op 4G van alle Nederlandse providers
Vernee Thor Plus minpunten?
- Menuknopjes niet verlicht
- Camera houdt niet over
- Betrouwbaarheid op lange termijn nog niet bewezen
Met een moderner scherm en een nog sterkere batterij, lijkt de Vernee Thor Plus een streepje voor te hebben op de Xiaomi's in deze lijst. De betrouwbaarheid op termijn moet echter nog worden bewezen.
Vernee Thor Plus kopen (GearBest LAAGSTE PRIJS)
Dat waren ze: de beste budget smartphones uit China, na uren en uren van vergelijkend warenonderzoek en indrukken van YouTubers en reviewers. Ga je zelf sprokkelen naar goedkope Chinaphones? Bereid je dan voor op een woud aan merken waar je nog nooit van hebt gehoord. Om je de moeite te besparen, hier alvast een aantal merken waar de kwaliteit niet van gegarandeerd is. In deze merken hoef je je voorlopig niet te verdiepen:
- Blu
- Bluboo
- Cubot
- Doogee
- Leagoo
- LeEco
- Ulefone
- Umidigi
Ga je een van de Chinese smartphones uit deze lijst kopen? Doe het dan via de link dit artikel. Je helpt mij dan een beetje, maar belangrijker: je weet dan zeker dat je een internationale versie van de telefoon hebt, die in Nederland werkt. Veel plezier ermee!
Lees ook: De beste oordoppen onder 10-30 euro: goedkope top IEM's uit China
Heb je een van de smartphones uit dit lijstje gekocht? Ik hoor graag wat je ervan vindt!
Persbericht: Nieuwe Nederlandse DayMate app helpt iedereen aan dagstructuur
Gratis app vanaf vandaag te downloaden voor iOS en Android
Rust in je dag, week en leven. Dat brengt DayMate, een app voor iedereen die behoefte heeft aan meer dagstructuur. De nieuwe Nederlandse app is vanaf vandaag gratis te downloaden voor iPhone en Android.
Niet alleen voor autisme en ADHD
DayMate is de nieuwe app van de specialisten achter AssistHelpt. Die app werd in 2014 in het bijzonder ontwikkeld voor Vincent, de autistische zoon van oprichter Annemiek Modderman. De app moest Vincent en andere mensen in het autisme spectrum syndroom (ASS) helpen aan meer structuur op de dag. De app werd een groot succes. Op basis van de wensen en uitgebreide feedback van 3000 fanatieke gebruikers, heeft de app nu een opvolger. DayMate is er niet alleen meer voor mensen met ASS, ADHD of PDD-NOS, maar is ingericht voor iedereen die behoefte heeft aan meer dagstructuur.
Structuur in de dag, rust in het hoofd
Met de DayMate app maak je makkelijk en snel een dagoverzicht van wat je wanneer moet doen. Niet in de vorm van een traditionele todo-lijst, maar met behulp van handige iconen in een prikkelarme interface. Kies een dag, kies een tijd, kies een icoon en maak de activiteit.
DayMate doet de rest. Je krijgt een herinnering als de activiteit begint. Daarna zie je op het scherm meteen je huidige activiteit. Elke activiteit kan worden opgedeeld in meerdere taken en in de app wordt middels een time-timer aangegeven hoeveel tijd er nog is voor een taak of activiteit. Zo kan DayMate je er bijvoorbeeld op een vast moment in de week aan herinneren de was te doen, maar ook om de was eruit te halen en de was op te hangen. Of geeft de app aan wanneer je boodschappen moet doen en hoe lang dat duurt. DayMate biedt op een beproefde manier structuur in je dag en rust in je hoofd.
Begeleiding
De in Groningen ontwikkelde app biedt optioneel een helpende hand aan gebruikers die begeleiding kunnen gebruiken. Gebruikers kunnen met emoticons aangeven hoe soepel een activiteit ging, en die score delen met een eigen begeleider of ouder. Die kan ook meteen worden gebeld vanuit DayMate.
Zo is DayMate uitermate geschikt voor mensen met ASS, mensen met gezins- of woonbegeleiding en iedereen die los daarvan meer rust in het hoofd wil hebben.
De gratis app is vanaf vandaag te downloaden voor iOS en Android.
Waarom DayMate?
- Brengt structuur en rust in je dag
- Prikkelarme interface
- Dankzij begeleidingsopties ideaal voor mensen met autisme, ADHD of woonbegeleiding
HOE SCOORDE DIT PERSBERICHT?
Dit persbericht werd verstuurd op maandag 10 oktober 2016. DayMate werd opgepakt door iCulture.nl, het Algemeen Dagblad, De Telegraaf, Dagblad van het Noorden, Lindanieuws.nl, Droidapp, Androidworld, AlwaysWith, Vance en de Groninger Internet Courant.
De app was twee keer trending zoekopdracht in de App Store. Binnen een week werd de app 10.800 keer gedownload. Annemiek: 'Ik ben heel blij met het resultaat. Het is nog beter dan verwacht.'
Ook de perscommunicatie van je app door Appmeister laten verzorgen? Neem contact met me op!
Drie interface-elementen die Instagram Stories beter doet dan Snapchat Stories
Het is bijna pijnlijk om toe te geven. Instagram heeft de Stories-functie van Snapchat schaamteloos gekopieerd. En toch doet Instagram Stories nu al een paar dingen beter.
Deze blogpost publiceerde ik ook op Emerce.
Sinds de Instagram-update begin augustus, kan je ook in Instagram korte video’s en foto’s achter elkaar zetten die 24 uur lang te zien zijn, en samen een dagverslag maken voor iedereen die je volgt. En ook in Instagram kan je die filmpjes onderkliederen met kleurrijke tekst — en kunnen kijkers erop reageren. Rechtstreeks gekopieerd van Snapchat.
Meer dan sexting
De Stories-functie zorgde er in oktober 2013 voor dat Snapchat uit de media-houdgreep van sexting ontsnapte. Privé stuurde tieners misschien wel naaktfoto’s naar elkaar, maar Snapchat was vanaf toen ook een medium waarop je snel aan anderen kan laten zien wat je aan het doen bent. Waar Twitter van beschuldigd werd (‘Oh, dan tweet je zeker dat je pannenkoeken aan het eten bent?’), werd Snapchat visueel. Met Snapchat Stories laat je zien wat je doet, wat je bezighoudt, je eet, je drinkt, welke plekken je bezoekt en met wie je omgaat.
De optelsom van privéfoto’s, video’s én de Stories was een schot in de roos voor Snapchat. Facebook zag met lede ogen aan hoe de app uitgroeide tot een populair, volstrekt natuurlijk aanvoelend platform voor alle dagelijkse beslommeringen en euh… ongeremdheden. Want wie zijn belevenissen op Snapchat deelt, doet dat amper nog op Facebook en de door Facebook gekochte apps Instagram en WhatsApp.
Facebook probeerde alles al
In de vorige jaren deed Facebook er alles aan om het succes van Snapchat te pareren. De meest markante move: een bod op Snapchat van 3 miljard dollar. Die werd afgewezen, maar FB-baas Zuckerberg had meer trucjes achter de hand. Zo verscheen Facebook Poke, een appje waarmee je ontvangen foto’s maar één keer kon bekijken. Facebook introduceerde Instagram Direct: het sturen van privéfoto’s en chats in Instagram. En wie herinnert zich de app Slingshot nog, waarin je een ontvangen foto pas mocht bekijken als je er eerst een terugstuurde?
Al die pogingen mislukten. En hoewel Instagram en WhatsApp onder Facebook flink doorgroeiden, en ook Facebook’s eigen Messenger een van de grootste chatapps ter wereld werd, bleef Snapchat óók maar groeien en groeien. Niet alleen meer onder tieners. Ook onder volwassenen. Alle alarmbellen rinkelden bij Facebook.
Er zat nog maar één ding op: Snapchat schaamteloos kopiëren. Tot de naam aan toe. Dat is wat er nu gebeurd is. Niet met de volgende aparte app, maar in de grootste foto-deel-app die er al was: Instagram.
Onsympathiek maar slim
Hoe onsympathiek de zet van Facebook ook is; hij is wel slim. Instagram Stories heeft in zijn eerste levensdagen gevoelsmatig meer bekendheid gekregen dan de eerdere pogingen Facebook Poke en Slingshot ooit hebben bereikt, en bovendien kan de Instagram-gebruiker er amper omheen.
Of Instagram Stories net zo groot wordt als Snapchat Stories, valt te bezien. In de eerste dagen gebruiken de meeste Instagrammers die ik volg, de nieuwe functie vooral om hun Snapchat-account onder de aandacht te brengen.
Toch zit Instagram Stories technisch gezien uitstekend in elkaar. Er zijn zelfs drie dingen die Instagram net even iets slimmer doet dan Snapchat.
1. Sneller beginnen met Stories kijken
Instagram opent meteen met Stories. Ze zijn het eerste wat je ziet als je de app opent, boven de eerste foto in je timeline. Het meest actuele verhaal staat meteen links en je kan direct kijken. Je neemt daardoor sneller een kijkje in de levens van anderen dan in Snapchat.
Snapchat toont bij het openen van de app namelijk de camera. Eerst staat het beeld op zwart, dan krijg je camerazicht en dan, met een kleine schokkering in beeld, swipe je naar de verhalen. Vooral als er veel nieuwe verhalen zijn bijgekomen, moeten die nog even inladen. Met een tik op een accountnaam opent het eerste verhaal. Kost je even wachten, een swipe en een tik — versus alleen een tik in Instagram.
De keuzes van beide apps zijn begrijpelijk. Snapchat is voor veel gebruikers een app die je meteen pakt om snel een moment te vangen. Dan wil je beginnen met de camera. Instagram gebruik(te) je meer voor vakantiekiekjes, mooie zonsondergangen en een goed uitziend, maar toch wel stilstaand bord eten. De momenten lopen minder snel weg. Het hoeft dus niet te openen met de camera. Bovendien denk ik dat de kijk-versus-post-ratio bij Instagram ook veel meer naar kijken neigt.
Ga maar na voor jezelf op de verschillende social media. Hoeveel lees/ kijk je, en hoeveel plaats je zelf? Ik denk dat het een uitstekende zet is van Instagram om het kijken van Stories prominent naar voren te halen.
2. Horizontaal + horizontaal = logischer
Snapchat? Dat is toch vooral die app die te ingewikkeld is voor ouders. Geen menu, geen knoppen met tekstbeschrijving, niks, nada, ne rien! Onduidelijkheid troef!!1! Het is Snapchat eigenlijk nooit aangerekend. Sterker: het pleitte zelfs in zijn voordeel, want daardoor wist je als tiener mooi dat je ouders Snapchat niet zouden gebruiken.
Hoe onhandig Snapchat soms is, wordt nu met Instagram’s kloon wel duidelijk. Het bekijken van Stories in Instagram is namelijk veel logischer.
In Snapchat staan de Stories onder elkaar, dus verticaal. Maar als je een verhaal opent, veeg je horizontaal om naar het volgende verhaal te gaan. En dus niet naar boven. Als je dat doet, verstuur je namelijk een chat. Je went er zo aan, maar Instagram doet het toch beter.
Want: bij Instagram staan de Stories op de voorpagina naast elkaar en swipe je er horizontaal doorheen. Speel je een verhaal af, dan swipe je eveneens horizontaal naar het volgende verhaal. De handeling is hetzelfde in het menu hetzelfde als tijdens het bekijken van de Stories. Kleine maar klasse verbetering.
3. Je weet beter waar je bent
Maar dé klap die Instagram aan Snapchat uitdeelt, is het geven van visuele feedback. In Snapchat moet je echt goed turen om te zien waar je bent in een verhaal. Rechtsboven zie je aan de buitenste cirkel hoe ver het fragment is, en daarbinnen hoe ver je binnen het totale verhaal bent. Het is iets dat je moet weten — niét iets dat uit zichzelf opvalt. En dan nog moet je bijna in je ogen knijpen om te zien hoe ver je bent.
Instagram Stories doet dat voortreffelijk. Bovenin beeld zie je in één lijn hoe lang het huidige fragment nog duurt én hoeveel fragmenten een verhaal nog heeft.
Dat is duidelijkheid waar we bewezen blij van worden. Ga maar eens na hoe vaak je een YouTube-balk in beeld brengt om te zien hoe lang een video duurt. Of hoe vaak je kijkt hoe lang een saaie aflevering van een goede serie nog duurt.
De beweging die bij de visuele feedback hoort is ook veel logischer dan in Snapchat: met een tik ga je naar het volgende fragment, met een swipe naar het volgende verhaal. In Snapchat is de bediening hetzelfde, maar die correspondeert niet met wat je in de cirkel ziet.
Die duidelijkheid vind ik de grootste oorwassing van Instagram Stories aan Snapchat. Visuele feedback in een interface zit hem in hele kleine, maar o zo belangrijke dingen. Hoe lang komt Snapchat nog weg met zijn onduidelijke interface?
De beste offline navigatie-apps voor het buitenland (iPhone en Android)
Vermoedelijk heb je wel een favoriete navigatie-app voor op je iPhone of Android-smartphone. Maar als je op vakantie gaat zonder internetbundel, kan diezelfde navigatieapp opeens veel minder mogelijkheden hebben. Sommige apps laten je zelfs geen kaarten downloaden en kan je om die reden niet gebruiken. Dit zijn wél de beste offline navigatie-apps voor het buitenland op Android en iPhone.
Betrouwbaarste navigatie-app: TomTom GO
De eerste kennismaking met TomTom Go voor iPhone of Android is misschien een beetje twijfelachtig. De app is gratis te downloaden en te gebruiken tot 75 kilometer rijden. Voor elke afstand daarboven is de navigatieapp behoorlijk prijzig in vergelijking met de concurrentie. Je betaalt 19,99 euro voor één jaar navigeren of 45 euro voor drie jaar navigeren. Voor die prijs download, update en gebruik je onbeperkt land- en continentkaarten, die je apart op je smartphone kan downloaden. Als je de app online gebruikt, heb je eveneens live verkeersinformatie. Offline is dat niet het geval.
Op één vlak is TomTom Go niet goed: het invoeren en vinden van bestemmingen. Dat gaat op de oude manier van navigatiesystemen. Je vult eerst de plaatsnaam in en daarna de straat met een kruispunt. Een slimme Google-achtige zoekopdracht als 'Voetbalclub Wierden' of 'Eiffeltoren Parijs' kan je op je buik schrijven. Je moet echt het adres hebben.
TomTom Go maakt echter alles goed tijdens het rijden. De applicatie kiest de beste routes en geeft afslagen duidelijker aan dan welke app ook, met kaarten en afslagschermen op het juiste moment in beeld. Nog steeds kan je blind vertrouwen op de kennis en instructies van TomTom. Het is de beste app voor offline navigeren.
TomTom GO Mobile downloaden voor Android en iPhone
Beste prijs-kwaliteit: Here WeGo
Nog nooit was navigatie zo gratis als met de app HERE WeGo, de nieuwe naam voor Nokia’s Here Maps nu het is overgenomen door Duitse automerken.
In Here WeGo download je vooraf enkel de landkaarten die je nodig hebt. Dan kun je zonder internetverbinding de weg op, begeleid door een prettige Nederlandse stem. Die moet je van tevoren ook even downloaden trouwens. De app bedient goed en de kaart is helder, maar de icoontjes bovenin beeld zijn werkelijk subliem. In geen andere navigatieapp worden afslagen en afritten zo duidelijk in een icoon in beeld gebracht. Maar… Here miste bij mij eens een belangrijke afslag op een veel gereden weg van Nijmegen naar Groningen. De app is dus niet zo feilloos als TomTom, maar de prijs maakt een hoop goed.
HERE WeGo downloaden voor Android en iPhone
Goed alternatief: GPS Navigatie by Scout
Het was lang de goedkoopste navigatie-app op iPhone en Android, maar toen kwam HERE. Bij GPS Navigatie by Scout (voorheen Skobbler) heb ik echter nog nooit meegemaakt dat de app een afrit miste. De applicatie haalt zijn kaarteninformatie van het doorgaans accurate OpenStreetmap, maar de routes berekent Scout zelf. Ik kwam in Frankrijk keurig aan op mijn bestemmingen, maar had wel het gevoel dat de app soms onlogische routes koos.
In Kroatië kwamen de routes overeen met de andere navigatieapps. De navigatiestem leest handig ook straatnamen op, maar de interface is complex. Je moet zeven keer drukken voordat je kan navigeren en bovendien zijn talloze menu-opties niet zonder internetverbinding te gebruiken, zoals bijvoorbeeld de TripAdvisor-zoekfunctie. Het kan gewoon wat logischer allemaal, maar hee: alle waar naar zijn geld. De app kost 2 euro, voor nog eens 5 euro heb je heel Europa offline binnen handbereik.
GPS Navigatie by Scout downloaden voor Android en iPhone
Hoe goed is Sygic GPS Navigatie offline?
In de 2015-editie van dit artikel schreef ik enthousiast over Sygic GPS Navigatie. Om die reden neem ik hem ook nu mee, maar wel met een ander oordeel. Op papier is Sygic nog steeds een sterke speler. De app is betaalbaar en gebruikt de betrouwbare kaarten van TomTom, die je hier wél per land kan downloaden. Sygic biedt handige afslagschermen op de snelweg en parkeerplaatsen en andere locaties in de buurt zijn maar één druk weg.
Toch is er een groot verschil met TomTom. Sygic berekent zijn routes namelijk zelf, en dat gaat soms fataal fout. Op de route van Nederland naar Kroatië gaf Sygic als enige app behoorlijk andere routes en veel gunstigere aankomsttijden dan de andere navigatieapps. Dat leek gunstig, maar komt door een bizarre misvatting. De app heeft niet van alle wegen de juiste maximumsnelheden en vult dan standaard 80 kilometer per uur in, zelfs als het dorpjes of zandweggetjes (!) betreft. Sygic is daarom moeilijk aan te raden.
Sygic GPS Navigatie downloaden voor Android en iPhone
En Google Maps offline gebruiken in het buitenland?
Vraag je in het rond naar goede offline navigatie-apps, dan krijg je steeds vaker Google Maps als antwoord. Toch is Google’s gratis applicatie geen volwaardige oplossing. Als je van tevoren een route berekent en dan gaat rijden, houdt de app prima de route aan zonder internetverbinding. Ook kan je een gebied op de kaart downloaden om daarin te navigeren. Dat werkt op zich prima. De app toont duidelijk afslagen, weet de slimme routes en is bewezen betrouwbaar.
Maar Google Maps wordt kansloos als je gaat improviseren. Als je van de vooraf berekende route afwijkt, is ie niet in staat zich te corrigeren. En als je nét iets verder moet zijn dan het gedownloadde gebied, sta je eveneens met lege handen. Het selecteren van een gebied is gewoon niet zo handig als een land downloaden. Zolang Google de offline-mogelijkheden niet uitbreidt, is HERE WeGo het beste alternatief.
Google Maps downloaden voor Android en iPhone
En Waze in het buitenland dan?
Eigenlijk geldt voor Waze hetzelfde als voor Google Maps. Het is een oerbetrouwbare online navigatie-app, met duidelijke instructies, slimme routes en een eenvoudige interface. Helaas zijn de offline mogelijkheden nog beperkter dan Google Maps.
Ook in Waze kan je vooraf met verbinding een route berekenen en dan offline rijden, maar je bent hem kwijt als je van de route afwijkt en kan ook geen gebieden offline opslaan. Hoe goed Waze ook is; je hebt er zonder databundel bar weinig aan.
Waze downloaden voor Android en iPhone
Conclusie: de beste offline navigatieapp
De beste offline navigatie-app die je kan gebruiken zonder internetverbinding? Als geld geen rol speelt, is TomTom nog steeds de beste keuze. De app is betrouwbaar en geeft afslagen fantastisch aan. Het is knap om fout te rijden met TomTom Go. Speelt geld wel een rol? Ga dan voor een andere app. Met duidelijke aanwijzingen, toenemende betrouwbaarheid en de steun van Duitse fabrikanten is dan HERE WeGo de beste optie – in ieder geval tot Google Maps of Waze hun offline-mogelijkheden uitbreiden.
Door Bart Breij - Appmeister. Ik testte 20.000 apps voor iCulture.nl, de grootste Apple-site van Nederland. Nu help ik appontwikkelaars met advies. Hoe kan ik helpen?
Vijf tips voor goede app-introducties
Hoe ziet een goede introductie in een app eruit? Sommige ontwikkelaars zweren bij korte introductieschermen, anderen willen juist een zo volledig mogelijke on-boarding van gebruikers in een app.Vijf apps met lessen voor goede app-introducties op rij.
Deze blog publiceerde ik ook op Emerce, in opdracht van appvacaturesite Working Class Heroes.
1. Weg met de overlays
Een les van LinkedIn Pulse
Voordat nieuwsapp Pulse werd overgenomen door LinkedIn, was het een vrij ingewikkelde applicatie. Op het hoofdscherm scrollde je naar onderen voor meer categorieën nieuws, maar je kon ook zijwaarts scrollen om meer verhalen binnen een categorie te zien. Zo’n dubbele scroll op een pagina is weinig intuïtief en dat hadden de ontwerpers van Pulse ook door. Daarom legde Pulse eerst een donkere ‘overlay’ op de interface. Voordat je de app kon bedienen, kreeg je met handschrift-achtige tekstjes aangewezen waar welke knop en functie zat. Eigenlijk gaven de makers gewoon toe: onze app is niet logisch genoeg.
Maar zo rond 2012 deden bijna alle apps het. De ene app nog extremer dan de ander. Zo waren er apps die uitlegden waar de menuknop zat, of waar je de zoekfunctie kon vinden. Terwijl de apps gewoon de algemeen geaccepteerde icoontjes daarvoor gebruikten, en het dus helemaal niet nodig was. Maar soms lag er ook een volledig zwart scherm over de interface. Dan werd na elke tik één knop uitgelicht, inclusief een instructie wat je daarmee kon doen. Tik op het scherm: volgende uitgelichte knop. En dat dan een handvol keer. Voordat je ook maar de interface, ofwel de eigenlijke app had gezien. Oei.
Gebruikers wilden zo snel mogelijk ontsnappen uit die benauwende, donkere introductieschermen. De overlays werden dan ook afgeserveerd. Je ziet ze amper nog in apps en dat is begrijpelijk. Op een gegeven moment wil je met de app spelen, wil je terecht komen in de omgeving waarvoor je de app installeert. Rek de introductie dus zeker niet te lang op. En leg niet je interface uit, maar wat je gebruiker aan de app heeft.
2. Zeg het met een animatie
Een les van TomTom Go
Veel apps leggen hun beste eigenschappen uit in drie tot vijf introductieschermen waar je doorheen veegt. Als er meer schermen zijn, hebben gebruikers de neiging om uitleg over te slaan of zelfs om de app af te sluiten. Daar gaat je gebruiker. TomTom heeft in zijn navigatieapp TomTom Go een leuke manier gevonden om wél meer informatie in de introductie te verwerken.
De app verwelkomt je met een animatie waarin eerst wordt uitgelegd dat je de app zonder internetverbinding kan gebruiken. Zo benoemt ze meteen hét pluspunt ten opzichte van de gratis alternatieven Google Maps, Waze en Apple’s Kaarten. Maar daarna zie je dat de app ook nog meer in zijn mars heeft. Centraal in beeld zit een poppetje alsof hij achter het stuur zit. De weg trekt aan hem voorbij en daarmee ook de functies van de app. Als er meer mannetjes op de weg voor hem zitten, neemt hij een afslag en ‘rijdt’ hij de andere mannetjes voorbij. Veel beter kan je het begrip ‘actuele verkeersinformatie’ in een navigatieapp niet uitbeelden. Als gebruiker zit je de animatie wel even uit. Onderin beeld zie je dat de voortgangsbalk net als bij een korte YouTube-video lekker opschiet. Na de animatie weet je niet alleen de verschillen tussen TomTom Go en de concurrentie, maar denk je ook: dit is een leuke, verzorgde applicatie die ik een kans ga geven.
3. Vraag of de gebruiker uitleg wil
Een les van Letterpress
Wie kent Letterpress nog? Het iPhone-woordspelletje haalde bij lange na niet het succes van Wordfeud, maar in het najaar van 2012 gooide het wel hoge ogen door zijn briljante afwerking. Zo toont Letterpress na het opstarten meteen een eigen laadanimatie. Iets piepkleins waardoor je als gebruiker vanaf moment één de gedachte hebt iets bijzonders in handen te hebben. ‘Ik probeer nu iets waar de maker écht aandacht aan heeft geschonken.’ In het geval van Letterpress moest het ook wel, want de app vraagt daarna meteen om toegang tot je Apple Game Center-account. Dan moet je als gebruiker de app dat wel gunnen. Details als fraaie animaties in een goede introductie kunnen ervoor zorgen dat een gebruiker ‘gunt’ dat een app pushberichten wil sturen of een GPS-locatie wil raadplegen.
Maar er is nog een reden waarom Letterpress in dit lijstje staat. Het vráágt de gebruiker of hij uitleg wil krijgen over de app. Je mag zelf kiezen. Zo pareert het spelletje de discussie hoe effectief uitlegschermen in een app zijn. De uitleg is er voor degene die het wil hebben, maar het is zonder morren over te slaan voor degene die ze niet wil zien.
4. Zeg niet wat je app kan, maar wat de gebruiker aan je heeft
Een les van Dropbox
Dé speler die het begrip ‘cloudopslag’ groot heeft gemaakt heeft inmiddels zware concurrentie. Iedereen kent Dropbox wel, maar waarom zou je de dienst gebruiken als je bij Apple iCloud cadeau krijgt en Google Drive meer gratis opslagruimte biedt? Dropbox heeft zichzelf nog niet heruitgevonden. Ze heeft nog niet een unieke feature die de concurrentie nog niet heeft. Maar wat Dropbox wel heeft gedaan, is nieuwe gebruikers op een ludieke manier binnenhalen in de app.
De introductie van Dropbox bestaat niet meer uit een aantal schermen die uitleggen hoe de app werkt. In plaats daarvan word je verwelkomd door een geanimeerde schets, die het handzame van de dienst uitlegt voordat je op Registreren of Aanmelden hebt gedrukt. Omdat het beweegt, blijf je kijken. En zo neemt én heeft Dropbox de tijd om je uit te leggen dat het een handige app is waarmee je in de bus een back-up kan maken van je foto’s, video’s kan verzenden tijdens je vlucht en in de trein kan samenwerken aan je documenten. De woorden ‘cloud’ en ‘opslag’ komen niet voor. Dropbox legt niet uit wat ze doet, maar wat jij aan de dienst hebt. En aansprekend verschil. Iets waar een externe adviseur die de appmarkt van binnenuit kent, misschien iets voor kan betekenen.
5. Toon je ambitie bij de introductie
Een stukje inspiratie van Uber
Er is veel te doen om de nieuwe huisstijl van Uber, die het bedrijf begin 2016 introduceerde. Het oude logo met een grote U was volgens veel criticasters veel sterker dan het nieuwe logo; een op het oog vrij generieke punt in een cirkel. Maar als je de app opent, zie je op de meest subtiele manier mogelijk waar Uber voor staat: een vervoersbedrijf dat van A naar B brengt. Nu zijn het personen, maar Uber heeft ongeremde ambities. Het bedrijf mikt op leenauto’s, bestuurdersloos goederenvervoer en zelfrijdende auto’s. Heel wat meer dan de taxidienst die Uber nu is.
Die ambitie is vertaald naar een prachtig, eigenzinnig openingsscherm van de iPhone-app. Op een totaal geabstraheerde ‘kaart’ zie je witte puntjes routes volgen. Soms bewegen ze volgens de krommingen van de ‘kaart’, soms gaan ze er dwars doorheen. En soms kruislings langs elkaar heen. De kaart is bovendien steeds anders van kleur. Soms rood, soms groen, soms blauw. Zo legt Uber de veelzijdigheid van haar vervoer zo minimaal mogelijk uit. Heel eigenwijs, heel krachtig. Als gebruiker voel je ergens al dat je met iets groots te maken hebt.
Hoe eigenzinnig Uber precies is, zie je trouwens terug in de rest van de on-boarding. Na het openingsscherm geeft de app geen uitleg meer. Uber gaat er gewoon vanuit dat je al donders goed weet waarom je de app downloadt. Een luxe die je als appontwikkelaar helaas niet altijd hebt.
Drie apps waarvoor het spannend wordt in 2016
Grote spelers als Twitter, WhatsApp en Facebook buiten beschouwing gelaten: welke apps verdienen bijzondere aandacht in 2016? Voor deze drie apps wordt dit jaar een spannend jaar. Twee keer vanwege de groeipotentie… en één keer is dat juist de achilleshiel.
Ik publiceerde deze blog ook op Emerce.
1. Snapchat
2016 wordt het jaar van het verhaal, voorspellen knappe koppen in de communicatie en journalistiek in het jaarrapport van NiemanLab. Gold dat ook al niet voor de vorige jaren, met de langlopende trend die storytelling heet? Nou nee, nu is het anders.
Kort door de bocht was storytelling de bedrijfsvisie vertaald naar een aansprekend verhaal. In 2016 volgt het verhaal dat persoonlijk op de gebruiker wordt afgestemd. Voor marketing betekent dat verhalen voor de individuele klant, voor de journalistieke tak betekent het verhalen afgestemd op een lezer. Persoonlijker en dichterbij dan ooit tevoren. Als er één app is die aansluit op die visie, is het Snapchat.
Snapchat knokte zich na een wat mindere periode halverwege vorig jaar, opeens weer vol in de belangstelling in het najaar van 2015. Gekke sjablonen – regenboogkots, puppyogen en pixelige zonnebrillen – die je op selfies en video’s plakte, leden ertoe dat mensen Snapchat nog eens opstartten. Even herontdekten, of nieuw wilden proberen. Met grote gevolgen. Snapchat maakt een geweldige groei door en wordt steeds meer een speeltuin voor media die de volgende stap in doelgroepbinding willen zetten.
Het persoonlijke verhaal van media en bedrijven én de buzz om Snapchat: je kan er niet omheen dat de app komend jaar een opvallende rol gaat spelen. Snapchat liet al eerder zien ambities te hebben als nieuwskanaal, met het aanbieden van video’s van grote Amerikaanse mediamagnaten als Disney, CNN en ESPN. Nu is de vraag in hoeverre Snapchat haar functies gaat verruimen. Komen er verified media accounts? Mogen snappers, vloggers en media je dadelijk een pushbericht sturen als ze een nieuwe snap aan hun verhaal toevoegen? Worden nieuwe gebruikers actief aangemoedigd om merken te volgen? Hoe wordt Snapchat écht het volgende mediakanon? Het lijdt voor mij geen twijfel dat Snapchat grote stappen gaat maken in 2016. Het is alleen de vraag wélke.
2. Facebook Messenger
Ja, Facebook is eigenaar van WhatsApp, maar zie je WhatsApp veranderen? Eigenaar Jan Koum lijkt het Facebook-hoofd Mark Zuckerberg flink lastig te maken met zijn ‘no ads, no gimmicks, no games’ strategie voor de chatapp. En dus richt Facebook zijn pijlen op die andere berichtenapplicatie die ze in huis heeft: Facebook Messenger.
Het was het afgelopen jaar al te zien. Facebook bracht zelf verschillende appjes uit die kleine functies aan Messenger toevoegden. Een voor GIFjes, een om afbeeldingen te bewerken voordat je ze deelt – dat werk. Maar het waren slechts vingeroefeningen als je kijkt welke ambities Zuckerberg verder met de applicatie heeft.
2016 wordt het jaar waarin Facebook Messenger de Westerse WeChat kan of in ieder geval wil worden. WeChat is in thuisland China al veel meer dan een chatapp: het is er het toonaangevende platform voor m-commerce. Je kan er taxi’s mee boeken, merken mee volgen, aanbiedingen in kopen, producten op het metrostation bestellen om thuis te laten bezorgen en betalingen met vrienden mee verrekenen. Chinezen gebruiken WeChat zelfs als hun lopende rekening. Zie het dan ook als meer dan symbolisch dat Facebook voor Messenger begonnen is met Uber-integratie. En een taxi bestellen vanuit Facebook Messenger is nog maar het begin.
In de Verenigde Staten zet de slimme shoppingassistent M de deur al open naar bestellingen, acties en directe bedrijfscommunicatie in de app. Stel een vraag en M geeft antwoord over shops en eettentjes in de buurt. Tafeltje reserveren? Direct een product kopen? You betcha. Zeer binnenkort. We gaan dit jaar nog veel van Messenger horen.
3. Dropbox
Eind 2015 haalde Dropbox, de dienst die cloudopslag groot maakte, de stekker uit twee projecten. De losstaande foto-opslag-app Caroussel werd na de release amper meer geüpdatet en onlangs werd de stekker er helemaal uitgetrokken. Nog veel schrijnender was dat Dropbox ook Mailbox liet vallen. De mailapp die het streven naar een lege inbox eigenhandig groot maakte, werd van de een op de andere dag gedropt. Tot grote ontsteltenis van zijn vele fans, die zelfs een petitie startten om Mailbox een tweede leven te gunnen als opensource-applicatie. Dropbox had er geen boodschap aan.
Het zijn symptonen van de Silicon Valley-ziekte waar Dropbox aan lijdt: het bedrijf groeit niet. Experts zeggen dat het het erop-of-eronder-jaar wordt voor de grote unicorns, de startups waar miljoenen of miljarden in is geïnvesteerd. De startups die hun groei of hun potentie niet kunnen monetizen, kunnen wel eens klappen krijgen. Dropbox zit in die benarde positie.
De concurrentie onder cloudopslagdiensten is heviger dan ooit en Dropbox ontbeert de systeemintegratie van Google Drive (Android) of Apple’s iCloud (iOS). De dienst kan op prijsconcurrentie niet meer mee omdat het nog maar één prijspakket voor 10 euro per maand biedt.
Bovendien biedt Dropbox niet genoeg gratis ruimte om nieuwe gebruikers aan zich te binden: 2GB tegenover de 5GB van OneDrive en iCloud en zelfs 15GB van Google Drive – dat ook nog eens apart oneindig foto’s laat opslaan via Google Photos. Ook zorgelijk: Dropbox’ smartphone-app staat stil in de tijd en de webapplicatie voelt inmiddels achterhaald aan in vergelijking met Google’s alternatief.
Wil Dropbox 2016 overleven, dan is er werk aan de winkel. Dan moet de directeur zich beter realiseren hoe Dropbox ervoor staat. Dan moet de leuke maar beperkte tekstverwerker Dropbox Paper echt goed worden, dan moeten nieuwe gebruikers gratis een betere propositie krijgen, dan moeten er nieuwe en goedkopere abonnementen bij. Maar vooral moet Dropbox een killer feature introduceren. Iets waarop ze weer voorsprong neemt op de concurrentie. En snel ook, want de opiniemakers keren zich al tegen de dienst. Met Google, Apple en Microsoft als ijzersterke tegenspelers, kan 2016 wel eens een heel zwaar jaar worden voor Dropbox.
Vijf vragen waar appontwikkelaars in 2016 antwoord op moeten geven
Er staat een hoop te gebeuren in 2016. Je hoeft maar een techsite te openen en je leest over robotisering, internet of things en virtual reality. Maar wat zijn de directe ontwikkelingen waar appmakers het komende jaar mee te maken krijgen? Donderwolk of uitdaging: dit zijn vijf vragen waar appontwikkelaars in 2016 een antwoord op moeten formuleren.
Deze blog publiceerde ik ook op Emerce, in opdracht van appvacaturesite Working Class Heroes.
1. Wordt 3D Touch gemeengoed?
De functie werd vorig jaar met veel bombarie aangekondigd door Apple, maar sindsdien horen we er niet veel meer over: 3D Touch, de ‘rechter muisknop’ van de iPhone 6s en iPhone 6s Plus die met een diepe druk toegang geeft tot extra informatie op het scherm. Appontwikkelaars benutten hem vooral voor een snelmenu van een app op het homescreen. Zo kan een gebruiker bijvoorbeeld snel naar de zoekfunctie van een app, of kan met één druk meteen een favoriete pagina worden bezocht.
Een leuke en handige functionaliteit voor wie hem weet te vinden, maar dat is nu net het probleem: het lijkt wel alsof niemand dat doet. Op iCulture plaatste ik een blog over 3D Touch vanuit het gebruikersperspectief en daar waren de lezersreacties eenduidig: 3D Touch wordt niet gebruikt. Het zit niet in het systeem van de iPhone-bezitters.
Dat is opvallend, want als er één fabrikant in staat is om een nieuwe technologische functie breed geadopteerd te krijgen, dan is het Apple wel. Denk aan het effect van de App Store voor de (mobiele) economie, swipen vanaf schermranden, de vlucht die pushberichten maakte toen Apple ze omarmde: er zijn genoeg voorbeelden.
Maar bij 3D Touch lijkt het dus net even anders. Gaan andere smartphonefabrikanten de doordruk-techniek in hun hardware overnemen? Gaat Apple het zelf doorzetten in andere apparaten? Gaan gebruikers de functie vinden en waarderen? En wat kunnen goede app-implementaties betekenen voor die adoptie? Het is de vraag of 3D Touch gemeengoed wordt in 2016.
2. Hoe ziet een goede Google Glass-app eruit?
De eerste Google Glass is dood, lang leve de nieuwe Google Glass. De ‘smart glass’ van de zoekgigant komt terug op de markt, maar is dit keer niet gericht op consumenten. Google zet in op de industrie. Chirurgen die de bril opzetten tijdens een operatie, technici die informatie in hun ooghoek raadplegen tijdens een schadeherstel.
Aan het open Google zal het niet liggen. Ontwikkelaars die zich willen uitleven op zakelijke toepassingen van de Google Glass, zal geen strobeed in de weg worden gelegd. En dus is het de vraag hoe een goede Google Glass-app eruit ziet. Waar moet die aan voldoen? Een nauwe integratie met het steeds verder oprukkende internet of things-netwerk ligt voor de hand. Medewerkers die klanten direct te hulp kunnen schieten bij het juiste schap, lositiek managers die bevoorradingsupdates meteen doorkrijgen op hun netvlies.
Het lijkt aannemelijk dat B2B-apps voor de Google Glass vooral in twee categorieën in te delen zullen zijn: wiki’s en informatieverstrekkers aan de ene hand, on-site procesversnellers aan de andere. Elke keer dat je informatie in een ooghoek ziet, bespaart een keer de smartphone pakken. Aan appontwikkelaars de taak om die hyperefficiëntie te bewerkstelligen.
3. Hoe ontwikkelt de smartwatch zich in 2016?
Op de CES in de eerste dagen dit jaar werd een groot aantal nieuwe smartwatches gepresenteerd. Huawei kondigde een samenwerking met Swarovski aan voor vrouwelijke smartwatches en Garmin, Fitbit en Casio proberen meer sportievelingen voor zich te winnen met nieuwe horloges met sport- en meetfuncties. Voor ontwikkelaars zijn er genoeg kansen en uitdagingen.
Maar nu eens deze vraag: heb jij een smartwatch? Wij, deelnemers van de appindustrie, voldoen aan alle voorwaarden. We zijn early adopters, techminded en hebben genoeg geld om een smartwatch te kunnen kopen. En toch kopen we de slimme klokken niet. In Nederland zijn in 2015 slechts 20.000 smartwatches verkocht – en dat is onwaarschijnlijk weinig als je ziet hoeveel aanbod er is in de schappen van bijvoorbeeld een Mediamarkt. Of het nou gaat om Android Wear-watches of langverwachte Apple Watch: het succes blijft vooralsnog uit. En dan moet je voor de grap ook nog eens kijken op Marktplaats en techfora. Buitengewoon veel ‘verrijkte’ horloges staan tweedehands alweer te koop.
Natuurlijk is het als appdeveloper een uitdaging om te kijken hoe jouw app de smartwatch nuttiger of leuker kan maken. Maar de vraag is ook breder te trekken. Wat moet er gebeuren om de smartwatch dit jaar wél populair te krijgen?
4. Welke apps gaan we gebruiken op VR-brillen?
2016 wordt het jaar dat de virtual reality-bril bereikbaar wordt. Er is veel gemor over de prijs van de Oculus Rift – 600 euro, maar het eerste jaar waarin mainstream consumenten VR-brillen kunnen kopen, is daarmee wel aangebroken. Bovendien staan ook fabrikanten als Sony en HTC te popelen om de markt te bestormen met hun brillen.
Door de afkomst van de Oculus Rift en de PlayStation-inborst van Sony, lijken de brillen vooral aangewend te gaan worden om mee te gamen. Immers geven ze voor het eerst de mogelijkheid om spelers écht in een game te laten kruipen. Het spel door de ogen van de hoofdpersoon te zien. Ook voor video belooft VR interessant te worden. Er komen steeds meer betaalbare 3D-camera’s op de markt en YouTube en Facebook zijn technisch al klaargestoomd voor video’s waarin je zelf kan rondkijken. Of dat nou met het bewegen van een smartphone is, of met een bril op je hoofd.
Een vraag die moeilijker is te beantwoorden, is wat apps gaan doen op de VR-bril. Maakt Facebook, nauw betrokken bij de Oculus, een 3D-versie van zijn nieuwsfeed? En verwelkomen we dadelijk een aparte YouTube-app voor 3D-video’s? Grote namen als deze kunnen de VR-appmarkt een flinke duw in de rug geven. Onverlet is het de vraag of we en wélke apps we willen gaan gebruiken op de VR-bril. Netflix? Sociale media? Nieuws? Een tip voor wie als early adopter op de markt wil duiken: weerapps doen het op elk platform goed.
5. Hoe gaan smartphones zich ontwikkelen?
Het lijkt misschien de saaiste vraag voor 2016, maar het is de meest fundamentele voor appbouwers. Hoe gaan smartphones zich ontwikkelen in het aankomende jaar? Je hoeft de markt maar een beetje te volgen om te zien dat de vlaggenschepen van de grote merken als Samsung, Apple, Huawei, HTC en kleinere merken meer en meer op elkaar lijken.
Schermen zijn het afgelopen jaar niet nóg groter geworden en op de afgebogen schermranden van de Samsung Galaxy S6 Edge na telde 2015 niet één designvernieuwing in smartphoneland. De iPhone 6(s) leek met zijn achterkant-ontwerp op de HTC-toptoestellen; nieuwe HTC’s en Huawei’s lijken weer meer op een iPhone. En inhoudelijk wordt er net zo min vernieuwd. Hier en daar wordt een camera beter, OnePlus introduceerde usb-c op de OnePlus 2 maar liet het daarna weer net zo makkelijk varen op de OnePlus X en draadloos betalen via NFC is ook geen gemeengoed meer op nieuwe telefoons. De klapper van vorig jaar? De vingerprintsensor werd steeds vaker geïmplementeerd, maar 3D Touch amper overgenomen.
Het gebrek aan hardwarematige vernieuwingen betekent dat de appmarkt het risico loopt om te stagneren. Het ontbreekt daarnaast ook al even aan nieuwe designrichtingen (denk aan het flat design van iOS 7 en Android Lollipop) die apps een nieuwe kant op duwen of dwingen te moderniseren. Terwijl de vraag is hoe smartphones het komende jaar zullen vernieuwen, ligt de noodzaak van creativiteit en het onderscheidend vermogen de komende tijd nog meer bij de appmakers die willen opvallen en scoren met hun apps.
Wat je als appmaker kan leren van Facebook
In strijd met berichten die melden dat Facebooks populariteit afneemt onder jongeren, blijft het sociale medium maar groeien. Van 890 miljoen actieve gebruikers aan het eind van 2014, tot 936 miljoen nu. Er lijkt geen einde aan te komen. Maar dat heeft Facebook helemaal zelf afgedwongen. Wat kunnen appontwikkelaars leren van Facebook?
Dit artikel schreef ik in opdracht van app-vacaturesite Working Class Heroes. In overleg plaats ik het nu ook op mijn eigen blog.
Les 1: Meet gebruikersgedrag
Meten is weten. Dat weet Facebook als geen ander. Liefst 700 sensoren zijn in de app aan het werk om te zien hoe lang je de applicatie in een sessie gebruikt. Bij wat voor een bericht je de app afsluit – en hoe oud dat bericht is. Bij welke berichten je doorscrollt, en waar je blijft hangen. Of je reageert op zielige berichten, of je iemand feliciteert. Met die bagage weet Facebook voor iedereen een relevante nieuwsfeed te maken.
De hele app doorlichten zoals Facebook het doet, vergt enorme ontwikkelingskosten en tijd. Het is bovendien niet bevordelijk voor het batterijverbruik van de smartphone van gebruikers. Verwijder Facebook maar eens. Je telefoon gaat direct langer mee op een lading. Gebruikers die daar lucht van krijgen, zullen snel afkicken op je app.
Maar meten kan gelukkig ook erg eenvoudig. Door Google Analytics te hangen aan onderdelen in je app, zie je hoeveel gebruikers die onderdelen opvragen en hoe lang ze erop zitten. Valt die pagina die een hoofdrol speelt in je navigatiebalk, qua bezoekers ronduit tegen? Dan wordt het tijd om de navigatie in de app opnieuw in te richten.
Les 2: Beloon de gebruiker voor bezoeken
Facebook is samen met WhatsApp de app die Nederlandse smartphone gebruikers het vaakst op een dag openen. Het is een reflex geworden. Verveelmomentje? Open Facebook. Het sociale netwerk heeft die unieke luxe niet alleen veroverd omdat al je kennissen en familie berichten plaatsen op het netwerk. Je opent de app ook omdat je weet dat je iets gaat zien, wat je nog niet eerder hebt gezien. Facebook onthoudt welke berichten je al hebt gelezen, en zelfs als je de app een minuut later nog eens start, krijg je al andere berichten te zien. Facebook is allang afgestapt van het idee dat je altijd de nieuwste berichten wil lezen. Je wil vooral verrast worden. Geen dingen missen. Daarom zie je elke keer dat je de app opent, iets anders. Als gebruiker die de moeite neemt de app te openen, word je zo elke keer beloond.
Maak je een app voor een festival? Licht dan elke keer een andere artiest uit. Een gezondheidsapp? Geef elke keer een nieuwe sport- of eettip. Biedt je app geen oneindige hoeveelheid informatie om steeds iets nieuws en actueels te laten zien, werk dan met andere variabelen. Een goed voorbeeld is Triposo. De populaire reisgids-app schotelt informatie voor op basis van het moment van de dag. Vanaf een uur of 11 krijg je een lunchtip; in de middag worden musea aanbevolen en ‘s avonds heb je toegang tot de leukste cafés en discotheken.
Les 3: Pas de app aan op de gebruiker
Door de extreme hoeveelheid gemeten informatie, weet Facebook precies wat je wilt zien. Het bekijkt bijvoorbeeld van wie je veel berichten liket. Grote kans dat je meer berichten van die persoon te zien krijgt. Vertaal dat eens naar een nieuwsapp, zoals NU. Nieuwsapps werken nu nog vanuit de redactiegedachte in plaats van de lezer. De redactie bepaalt wat de topverhalen zijn. Maar als NU weet dat jij alles leest over de crisis in Griekenland, en je daarom altijd beloont met het laatste nieuwsbericht daarover, zou NU dan niet nog meer gebruikersbetrokkenheid creëeren?
Of vertaal die persoonlijke benadering naar een weerapp. Die zijn in vergelijking met Facebook ronduit statisch. Maar wat als je in de weerapp meet dat een gebruiker vaak de temperatuur overslaat en de regenkaart raadpleegt? Begin dan met de regenkaart. Beloon de gebruiker – en verleid hem dan dan ook de temperatuur later op die dag te bekijken. Met een interessante weerquote waarvoor je maar even hoeft te scrollen bijvoorbeeld. Of een aandachttrekkende badge op het tabblad temperatuur.
Les 4: Blijf testen
Natuurlijk had ook Facebook niet meteen geld en kracht om 700 gegevens te meten in de app. Er zijn ook hele andere manieren om te kijken wat wel werkt en wat niet in de applicatie. Het beste is: blijf testen. Verander de positie van een onderdeel en kijk hoe erop wordt gereageerd. Facebook is er heer en meester in. Weet je nog dat het hoofdmenu ooit een aparte pagina met negen knoppen was? Toen introduceerde Facebook het hamburgermenu, het vanuit links uitschuifbare menu dat zoveel apps hebben overgenomen. Maar Facebook zelf, die is er alweer vanaf gestapt. De appnavigatie staat nu gewoon weer onderin. Converteert beter.
Die voortdurende keuzes en doorontwikkeling heeft Facebook geen windeieren gelegd. Het sociale netwerk blijft maar groeien, gebruikers blijven maar komen en sterker nog: steeds meer mensen die zich ooit hebben aangemeld en Facebook links lieten liggen, gebruiken het nu alsnog actief. Van 60 procent in 2013 tot 65 procent van de aangemelde leden nu. Meten is weten – dat mantra bestond niet voor niets al heel lang. Maar als er nu één partij is die dat momenteel onderstreept, is het Facebook wel.