trends

Vijf tips voor goede app-introducties

Hoe ziet een goede introductie in een app eruit? Sommige ontwikkelaars zweren bij korte introductieschermen, anderen willen juist een zo volledig mogelijke on-boarding van gebruikers in een app.Vijf apps met lessen voor goede app-introducties op rij.

Deze blog publiceerde ik ook op Emerce, in opdracht van appvacaturesite Working Class Heroes.

1. Weg met de overlays

Een les van LinkedIn Pulse

App introductie tips overlays

Voordat nieuwsapp Pulse werd overgenomen door LinkedIn, was het een vrij ingewikkelde applicatie. Op het hoofdscherm scrollde je naar onderen voor meer categorieën nieuws, maar je kon ook zijwaarts scrollen om meer verhalen binnen een categorie te zien. Zo’n dubbele scroll op een pagina is weinig intuïtief en dat hadden de ontwerpers van Pulse ook door. Daarom legde Pulse eerst een donkere ‘overlay’ op de interface. Voordat je de app kon bedienen, kreeg je met handschrift-achtige tekstjes aangewezen waar welke knop en functie zat. Eigenlijk gaven de makers gewoon toe: onze app is niet logisch genoeg.

Maar zo rond 2012 deden bijna alle apps het. De ene app nog extremer dan de ander. Zo waren er apps die uitlegden waar de menuknop zat, of waar je de zoekfunctie kon vinden. Terwijl de apps gewoon de algemeen geaccepteerde icoontjes daarvoor gebruikten, en het dus helemaal niet nodig was. Maar soms lag er ook een volledig zwart scherm over de interface. Dan werd na elke tik één knop uitgelicht, inclusief een instructie wat je daarmee kon doen. Tik op het scherm: volgende uitgelichte knop. En dat dan een handvol keer. Voordat je ook maar de interface, ofwel de eigenlijke app had gezien. Oei.

Gebruikers wilden zo snel mogelijk ontsnappen uit die benauwende, donkere introductieschermen. De overlays werden dan ook afgeserveerd. Je ziet ze amper nog in apps en dat is begrijpelijk. Op een gegeven moment wil je met de app spelen, wil je terecht komen in de omgeving waarvoor je de app installeert. Rek de introductie dus zeker niet te lang op. En leg niet je interface uit, maar wat je gebruiker aan de app heeft.
 

2. Zeg het met een animatie

Een les van TomTom Go

App introductie tips TomTomGo

Veel apps leggen hun beste eigenschappen uit in drie tot vijf introductieschermen waar je doorheen veegt. Als er meer schermen zijn, hebben gebruikers de neiging om uitleg over te slaan of zelfs om de app af te sluiten. Daar gaat je gebruiker. TomTom heeft in zijn navigatieapp TomTom Go een leuke manier gevonden om wél meer informatie in de introductie te verwerken.

De app verwelkomt je met een animatie waarin eerst wordt uitgelegd dat je de app zonder internetverbinding kan gebruiken. Zo benoemt ze meteen hét pluspunt ten opzichte van de gratis alternatieven Google Maps, Waze en Apple’s Kaarten. Maar daarna zie je dat de app ook nog meer in zijn mars heeft. Centraal in beeld zit een poppetje alsof hij achter het stuur zit. De weg trekt aan hem voorbij en daarmee ook de functies van de app. Als er meer mannetjes op de weg voor hem zitten, neemt hij een afslag en ‘rijdt’ hij de andere mannetjes voorbij. Veel beter kan je het begrip ‘actuele verkeersinformatie’ in een navigatieapp niet uitbeelden. Als gebruiker zit je de animatie wel even uit. Onderin beeld zie je dat de voortgangsbalk net als bij een korte YouTube-video lekker opschiet. Na de animatie weet je niet alleen de verschillen tussen TomTom Go en de concurrentie, maar denk je ook: dit is een leuke, verzorgde applicatie die ik een kans ga geven.
 

3. Vraag of de gebruiker uitleg wil

Een les van Letterpress

App introductie tips Letterpress

Wie kent Letterpress nog? Het iPhone-woordspelletje haalde bij lange na niet het succes van Wordfeud, maar in het najaar van 2012 gooide het wel hoge ogen door zijn briljante afwerking. Zo toont Letterpress na het opstarten meteen een eigen laadanimatie. Iets piepkleins waardoor je als gebruiker vanaf moment één de gedachte hebt iets bijzonders in handen te hebben. ‘Ik probeer nu iets waar de maker écht aandacht aan heeft geschonken.’ In het geval van Letterpress moest het ook wel, want de app vraagt daarna meteen om toegang tot je Apple Game Center-account. Dan moet je als gebruiker de app dat wel gunnen. Details als fraaie animaties in een goede introductie kunnen ervoor zorgen dat een gebruiker ‘gunt’ dat een app pushberichten wil sturen of een GPS-locatie wil raadplegen.

Maar er is nog een reden waarom Letterpress in dit lijstje staat. Het vráágt de gebruiker of hij uitleg wil krijgen over de app. Je mag zelf kiezen. Zo pareert het spelletje de discussie hoe effectief uitlegschermen in een app zijn. De uitleg is er voor degene die het wil hebben, maar het is zonder morren over te slaan voor degene die ze niet wil zien.
 

4. Zeg niet wat je app kan, maar wat de gebruiker aan je heeft

Een les van Dropbox

App introductie tips Dropbox

Dé speler die het begrip ‘cloudopslag’ groot heeft gemaakt heeft inmiddels zware concurrentie. Iedereen kent Dropbox wel, maar waarom zou je de dienst gebruiken als je bij Apple iCloud cadeau krijgt en Google Drive meer gratis opslagruimte biedt? Dropbox heeft zichzelf nog niet heruitgevonden. Ze heeft nog niet een unieke feature die de concurrentie nog niet heeft. Maar wat Dropbox wel heeft gedaan, is nieuwe gebruikers op een ludieke manier binnenhalen in de app.

De introductie van Dropbox bestaat niet meer uit een aantal schermen die uitleggen hoe de app werkt. In plaats daarvan word je verwelkomd door een geanimeerde schets, die het handzame van de dienst uitlegt voordat je op Registreren of Aanmelden hebt gedrukt. Omdat het beweegt, blijf je kijken. En zo neemt én heeft Dropbox de tijd om je uit te leggen dat het een handige app is waarmee je in de bus een back-up kan maken van je foto’s, video’s kan verzenden tijdens je vlucht en in de trein kan samenwerken aan je documenten. De woorden ‘cloud’ en ‘opslag’ komen niet voor. Dropbox legt niet uit wat ze doet, maar wat jij aan de dienst hebt. En aansprekend verschil. Iets waar een externe adviseur die de appmarkt van binnenuit kent, misschien iets voor kan betekenen.


5. Toon je ambitie bij de introductie

Een stukje inspiratie van Uber

App introductie tips Uber

Er is veel te doen om de nieuwe huisstijl van Uber, die het bedrijf begin 2016 introduceerde. Het oude logo met een grote U was volgens veel criticasters veel sterker dan het nieuwe logo; een op het oog vrij generieke punt in een cirkel. Maar als je de app opent, zie je op de meest subtiele manier mogelijk waar Uber voor staat: een vervoersbedrijf dat van A naar B brengt. Nu zijn het personen, maar Uber heeft ongeremde ambities. Het bedrijf mikt op leenauto’s, bestuurdersloos goederenvervoer en zelfrijdende auto’s. Heel wat meer dan de taxidienst die Uber nu is.

Die ambitie is vertaald naar een prachtig, eigenzinnig openingsscherm van de iPhone-app. Op een totaal geabstraheerde ‘kaart’ zie je witte puntjes routes volgen. Soms bewegen ze volgens de krommingen van de ‘kaart’, soms gaan ze er dwars doorheen. En soms kruislings langs elkaar heen. De kaart is bovendien steeds anders van kleur. Soms rood, soms groen, soms blauw. Zo legt Uber de veelzijdigheid van haar vervoer zo minimaal mogelijk uit. Heel eigenwijs, heel krachtig. Als gebruiker voel je ergens al dat je met iets groots te maken hebt.
Hoe eigenzinnig Uber precies is, zie je trouwens terug in de rest van de on-boarding. Na het openingsscherm geeft de app geen uitleg meer. Uber gaat er gewoon vanuit dat je al donders goed weet waarom je de app downloadt. Een luxe die je als appontwikkelaar helaas niet altijd hebt.

Drie belangrijke app trends voor 2015

De voornaamste apptrends van 2015 op een rij. Over in-app abonnementen, namaak en het hamburgermenu. Wat moet je als gebruiker, maar zeker als appontwikkelaar weten?

3. Geen concept is meer veilig

Het is misschien een beetje flauw om een lijn die in 2014 is ontstaan, naar 2015 door te trekken. Maar het is een grote angstgegner voor elke appontwikkelaar: geen concept is meer veilig.

App trends 2015 Flappy Bird

Het simpele spelletje Flappy Bird werd een vrijbrief voor imitaties. Al voordat de ontwikkelaar het spel uit de App Store terugtrok, stroomde iOS en Android vol met klonen. De een met een vis, de ander met een anders gekleurde vogel, met alleen blokjes, een andere moeilijkheidsgraad of gewoon heel veel letterlijke één-op-één klonen. In de eerste maanden van 2014 verschenen elke dag zo’n 60 Flappy Bird-klonen in de App Store; de voor ontwikkelaars makkelijker bereikbare Google Play Store wordt dan nog niet eens meegenomen. Flappy Bird bestaat uit niet meer dan een vogel, herhalende buizen en een ‘duik’ in de besturing. Het bleek niet bijster moeilijk na te maken. Het hek was van de dam. Alle schaamte verdween.

Dus toen Piano Tiles halverwege 2014 een hit werd, stroomde de App Store vol met andere spelletjes waarop je snel op voorbij komende, gekleurde vakjes moet tikken. Het cijferpuzzelspel Threes werd door een webontwikkelaar versimpeld tot 2048 en die spelvariant kreeg honderden klonen in appvorm. Vaak gewoon met 2048 in de titel. Een handvol nog zo nobel Threes als inspiratiebron te noemen.

Maar niet alleen games werden getroffen. Het kleine berichtenappje Yowaarmee je andere gebruikers kon belagen met pushberichten met daarin alleen een ‘Yo’ (en wat andere slimme trucjes, zoals Yo’s ontvangen voor specifieke nieuwsberichten), werd eveneens onnoemelijk vaak nagedaan. Met net even een ander woordje misschien, maar precies hetzelfde idee en dezelfde uitwerking.

In het geval van Flappy Bird, Piano Tiles en Yo, bereikte geen enkele imitatie het succes van het origineel. Dat is een troost, maar het geeft wel aan dat ontwikkelaars en hobbyisten er niet voor terugdeinzen een goed concept razendsnel en zonder schaamte te imiteren.

Het maakt dat een app meteen al bij het debuut moet stáán. Ook qua verdienmodel. Hoeveel groter was het succes van Threes als het spel de eerste drie potjes gratis te spelen was, om gebruikers daarna pas te laten betalen voor de volledige versie? Nu verscheen 2048 als gratis imitator – en door de koopdrempel weg te nemen, trok die het brede publiek wél naar zich toe. Het momentum voor appontwikkelaars is verkleind. Een goed idee wordt vliegensvlug overgenomen, wat de uitwerking en het juiste verdienmodel in 2015 belangrijker dan ooit maken.
 

2. Van IAP naar IAS

De nummer één gratis applicatie in de App Store wordt 200 keer zoveel gedownload als de nummer één betaalde applicatie. Je moet als ontwikkelaar wel iets unieks, steengoeds hebben gemaakt om een app te worden waar een klant blind geld aan uitgeeft. Gratis applicaties worden populairder en populairder, en in-app aankopen steeds gangbaarder. Maar steeds vaker worden eenmalige in-app aankopen verruild voor een nieuw model.

App trends in-app abonnementen 2015

Het lijkt erop dat Candy Crush en vergelijkbare games ontwikkelaars hebben geprikkeld. Waar het in die spelletjes kinderlijk eenvoudig is om voortdurend geld uit te geven om ook maar een beetje makkelijker verder te komen, houdt de inkomensstroom bij veel non-game apps na één uitgave al op. Als gebruiker is het fijn dat je alle functies in een app voor 2,69 euro kan ontgrendelen en er daarna geen omkijken meer naar hebt. Als ontwikkelaar maak je een enorme commitment voor datzelfde geld. Gebruikers verwachten, nee verlangen, een applicatie die veelvuldig en lang wordt bijgewerkt.

Met name productiviteitsapps verschuiven steeds meer van IAP (in app-purchase) naar IAS (in-app subscription). De todo-app Wunderlist geeft je meer samenwerk-mogelijkheden voor 4,49 euro per maand. Evernote krijgt onder andere een presentatiemodus voor 40 euro op jaarbasis. En takenlijst Todoist scoort gewoon een gemiddelde beoordeling van 4,5 ster in de App Store en Play Store, ook al zijn handige functies als een notitie of bijlage aan een taak toevoegen, pas beschikbaar als je 23 euro per jaar voor de app over hebt. Maar ook bij brede consumentenapps is de beweging zichtbaar. Buienradar laat geen advertentie meer zien voor 1,79 euro per jaar; verkeersapp Flitsmeister toont een jaar lang de maximaal toegestane snelheden voor 3,59 euro.

Ontwikkelaars verkopen overigens niet alleen extra mogelijkheden, maar ook hun gunfactor. De woorden ‘help’ en ‘support’ komen vaak voor op de uitlegschermen van in-app abonnementen. Ik verwacht dat steeds meer applicaties die zelfverzekerd genoeg zijn om die steun te vragen, komend jaar van IAP of een conventioneel verdienmodel naar IAS zullen overstappen.
 

1. Het hamburgermenu gaat van de kaart

Misschien was Apple’s lange vastberadenheid om mobiele telefoonschermen compact te houden, de reden dat de apps Facebook en Path in 2011 een nieuw type hoofdmenu introduceerden. Het hamburgermenu: drie strepen links- of rechtsboven in de titelbalk van de pagina die een menu vanaf links of rechts het beeld laten inschuiven. Met name voor applicaties met heel veel verschillende pagina’s, lijkt het een uitkomst. Alle secties, alle links zet je er onder elkaar. Het virus dat je de helft van de applicatie wegstopte in een ‘meer’ tabblad onderin beeld, verdween als sneeuw voor de zon.

App trends 2015 hamburgermenu verdwijnt

Het hamburgermenu werd sterk geadopteerd door allerlei apps, met de selectie van Google als meest recente voorbeeld. Onder Android 5 Lollipop, hanteren Google Maps, Inbox, Google Docs en alle andere apps een hamburgermenu. Wat het min of meer een aanbeveling, of zelfs een richtlijn maakt voor Android-ontwikkelaars.

Maar tegelijk komen apps alweer terug op het hamburgermenu, en dat is niet zo vreemd. Net als bij een sitenavigatie wordt het aantal functies van een applicatie al snel overdonderend als het er meer dan een handvol zijn. De offline navigatie-apps van Skout (voorheen Skobbler) zijn daar een paar treffende voorbeelden van. Bijvoorbeeld GPS Navigatie 2 maakt gebruik van verschillende bronnen voor het downloaden en zoeken naar offline kaarten en lokale informatie. Die hebben allen hun eigen sectie in het hamburgermenu, waardoor je als gebruiker constant puzzelt welke van de pagina’s je moet hebben. Het ultieme voorbeeld van hoe het niet moet.

Een grote Nederlandse app die in 2014 overging op het schuifmenu, was NS Reisplanner Xtra. En diezelfde app versimpelde het menu nog geen half jaar later alweer flink. Informatie werd beter gegroepeerd in de app, puur om het hamburgermenu op te ruimen. Te ontdoen van ruis – want dat is het; je ‘over’ pagina dezelfde promintentie geven als de vertrektijden waar iedereen de app voor opent. Het hamburgermenu kan ervoor zorgen dat sommige afdelingen van een applicatie niet of nauwelijks meer worden benaderd, afhankelijk van hoe helder het menu is ingericht. Apps zullen moeten hun inhoud moeten hergroeperen, of afstappen van het hamburgermenu. Een prominente app als Facebook, die het menu als eerst op de kaart zette, ziet er zelf alweer vanaf. Ik vermoed dat vele apps zullen volgen.